We staan voor een groot aantal financiële problemen
Dit komt doordat de stad steeds groter wordt. Maar ook doordat de stad steeds ouder wordt. Daardoor moeten we investeren in het vervangen van bijvoorbeeld schoolgebouwen, wegen en bruggen. In deze begroting nemen we een besluit over hoe om te gaan met de kosten voor het beheer en onderhoud van de stad. Dit is de uitwerkingsopdracht ‘grip op beheer’.
We maken in deze begroting de keuze om de vervanging van bijvoorbeeld bruggen, viaducten en dergelijke niet meer in één keer te betalen. We gaan hiervoor geld lenen. Hiermee kunnen we de kosten van deze investeringen uitsmeren over de jaren waarin we ze ook gebruiken. Zo houden we de eerste jaren geld over, waarmee we tegenvallers kunnen betalen. Tegelijk kunnen we zo veel meer geld investeren in het beheer en onderhoud.
We zetten extra geld apart gezet voor de groei van de stad
In de begroting van vorig jaar hebben we geld gereserveerd waarmee we de groei van de stad kunnen betalen. Het gaat hierbij om jaarlijks € 1 miljoen extra budget vanaf 2026. De komende tijd gaan we bekijken hoe we dit bedrag het beste kunnen inzetten.
Per jaar is € 0,8 miljoen beschikbaar voor de realisatie van maatschappelijke voorzieningen
We besluiten over de inzet van deze middelen als het bestedingsvoorstel in 2024 klaar is.
We werken aan onze financiële positie
Om te zorgen dat we onverwachte tegenvallers in de toekomst kunnen opvangen hebben we een buffer. We verwachten nu dat de buffer in 2026 op € 5,5 miljoen staat. Het doel is om in 2026 € 60 miljoen gespaard te hebben. We gaan nu niet bezuinigen om dit doel te halen. Wel spreken we af om toekomstige, incidentele meevallers, bijvoorbeeld uit het jaarresultaat, en winsten uit het grondbedrijf in de buffer te sparen. In ieder geval totdat de buffer op het spaardoel van € 60 miljoen staat.
Voor het einde van dit jaar komen we met een structurele invulling van de Takendiscussie
In deze begroting lossen we de takendiscussie op voor het jaar 2024.
We verbeteren de budgetcyclus en onze financiële documenten
In de afgelopen jaren zijn we met nieuwe financiële documenten gekomen om de raad beter te informeren of mee te nemen in besluitvorming. Voorbeelden zijn de financiële kwartaalrapportages en het Koersdocument, dat de raad in aanloop naar deze begroting voor het eerst besproken hebt. We kijken hoe deze documenten werken. Als deze goed werken, verwerken we deze in onze financiële spelregels, de zogenaamde financiële verordening. De raad wordt hierbij betrokken.
We besteden aandacht aan maatschappelijke effecten en meetbare doelstellingen
Dit zijn beiden wensen van de raad. We zijn met een experiment begonnen om in kaart te brengen welke maatschappelijke effecten we bereiken. Oftewel wat we bereiken voor onze inwoners en de maatschappij met wat we doen. Begin 2024 zullen we u over de uitkomsten van dit experiment informeren. Als dit experiment goed uitpakt verwerken we de maatschappelijke effecten van ons beleid in de budgetcyclus.
De raad heeft bij de behandeling van de Programmarekening 2022 een motie aangenomen over het meer verantwoorden over meetbare en concrete doelstellingen. We zetten in deze begroting een eerste stap door meer concrete doelstellingen op te nemen. In 2024 gaan we dit verbeteren, zowel in onze verantwoording (jaarverslag) als in onze planning (begroting).
Doelstellingen
- We besteden aandacht aan maatschappelijke effecten en meetbare doelstellingen
- Bij de eerste kwartaalrapportage 2024 komen we met een voorstel hoe we de autonome groei in de begroting gaan toedelen.
- In de begroting van 2025 komen we met een voorstel voor de realisatie van maatschappelijke voorzieningen.
- We werken aan het op peil brengen van de buffer door meevallers in deze buffer te storten.